PSL, with love zet zijn eerste stapjes in Nederlandstalig bookstagram. En daarmee in mijn directe omgeving. Familie leest, vrienden lezen, collega’s lezen. Een deur is van slot gegaan. Ik heb ze zelf opengedaan. En sindsdien zie ik rommel in de woonkamer, onopgeschudde kussen, een kleurenmatch die nog wel wat beter had gekund. Is het te bont, of net niet spannend genoeg? Hangt er nog ergens ondergoed te drogen? Zijn er wel snacks in huis? En wat als iemand nu allergisch is?
Er zijn dus wel wat ‘stresskes’.
Een paar dagen geleden liep ik samen met een aantal goede vrienden door de regen, want ons hele namiddagplan was door corona nog maar eens in het water gevallen. ‘Ik ben al begonnen met lezen, en ik ben erg blij dat het luchtig is,’ vertelde mijn vriendin. Ik had net mijn eerste reviews binnen en verslikte me nog net niet in de cava (het is tenslotte wel vakantie).
PSL, with love, is niet luchtig. Net zoals ik niet ‘Miss Positief’ ben. Positief is waar ik behoefte aan heb, dus probeer ik het zeker te zijn. Maar makkelijk gaat me dat niet altijd af. Het voelt dan ook vreemd om die term opgeplakt te krijgen. Niet helemaal eerlijk. Alsof ik meer deuren toe houd dan ik zelf besef.
Ik zoek nog heel erg naar: hoe praat je over wat je schrijft, zonder half de plot te verraden? Maar ik wil het jaar toch graag starten met nog een deur op een kier.
PSL, with love is een romance. Maar behalve dat gaat het ook sterk over mentaal welzijn, in een setting die daar niet evident voor is. En dat is niet luchtig. Sinds 2020 werd het plots voor veel mensen rond mij een thema, terwijl het dat voor mij al erg lang was. Als je één keer de grond onder je voeten verliest, al is het inmiddels al zo’n twaalf jaar geleden, draag je dat voor altijd mee.
Ik heb een tijd avondschool Duits gevolgd, en mijn toenmalige lerares An Peeters schreef het boek: ‘Wordt het ooit weer licht?’ Haar blog over de zoektocht naar haar donorvader heb ik gevolgd, ik volg haar sociale media, maar het boek zelf heb ik nog niet gelezen. Ik heb daar een heel sterk I did my time, I’m not going back gevoel over. Maar ik denk dat 2022 het jaar wordt waarin ik het toch ga lezen.
Mijn persoonlijk antwoord op ‘Wordt het ooit weer licht’? Ja, maar niemand anders dan jij kan het licht weer aanknippen. En dat doe je duizenden keren, een leven lang. Het helpt ontzettend als er mensen voor je aan de zijlijn staan, maar spijtig genoeg bedienen zij de schakelaar niet. Ze kunnen je enkel richtingen voorstellen, en de afgrond bewaken wanneer je er daarmee niet komt.
Doodeng wanneer je erin zit, maar ook hondsfrustrerend als je aan de zijlijn staat. Dat heb ik inmiddels ook ervaren.
Schrijven is voor mij een happy place. Ik loop niet al een leven lang met de grote wens om ooit een boek te publiceren. Dat is gegroeid, over de jaren heen. Voor mij is schrijven een extra manier om te genieten van verhalen, de touwtjes in handen te nemen en de werkelijkheid te herwerken. Naar wat is geweest, soms, maar vooral naar wat ik morgen wil zien. Op die manier brengt het rust.
Daarnaast is er ook wel ambitie. Om te blijven groeien, beter te worden, en dit deel van mezelf uit de schaduw te halen.
Ik start 2022 niet met goede voornemens, wel met honderd vragen. Een manuscript dat voor het eerst voor de leeuwen ligt. Komt dat goed? En wanneer is goed, goed genoeg? Een historische fantasyserie die ik graag wil zien groeien, maar waarvan ik weet: dat lukt me niet alleen. Misschien nog een extra ronde, maar daarna niet meer. Dus wat dan? Met wie, in welke taal? En wanneer laat je het los?
Heb ik zin in het genre feelgood? Voelt ‘luchtig’ voor mij überhaupt wel goed? Schrijf ik verder aan het vervolg op PSL?
Oefen ik op plotstructuur? (Ja, best wel, Sofie). Blijft dat dan nog plezant? Oh, ja, en in welke taal doen we dat dan weer? (dat maakt niet zoveel uit, Sofie).
Wat deel je op sociale media, wetende dat je zelf vooral die accounts verkiest die een mix van boeken en persoonlijk zijn? Hoe persoonlijk wordt dat dan? En hoeveel invloed heeft dat op de mensen rondom mij? Waar trek je de grens?
Hoe combineer ik die zoektocht met mijn gezin, en mijn job? Zeker als de inspectie op het werk toevallig samenvalt met de blogtoer van mijn e-boek? En Covid nog volop elke planning in de war stuurt? Hoe blijft er tijd voor die momenten waarop alles mag en niks moet? Pas nog zag ik (jaja, op social media) voorbij komen dat creatieve mensen dat nodig hebben.
Volgens mij heeft iedereen dat nodig.
Ik heb meer vragen dan 2022 wellicht antwoorden heeft. Maar zonder ze te stellen raak je niet vooruit.
Dus daar gaan we dan. De deur staat open. De snacks staan op tafel en mijn pen, die ligt ergens tussen de kruimels. Het is maar te hopen dat ik ze straks tijdens het stofzuigen weer vind.
Maar als dat niet zo is, dan liggen er toch alvast geen kruimels meer.